Portugal

Heenreis van Brussel naar Ponta Delgada op het eiland São Miguel, het grootste van de Azoren.

In hoofdplaats Ponta Delgada worden we meteen ondergedompeld in die typische Azoren-atmosfeer. Het eiland is gezellig druk en het landschap hartveroverend.

We overnachten 3 maal in een hotel in Ponta Delgada.

In de caldeira (kraterkom) van Sete Cidades liggen het Groene en Blauwe Meer, omgeven door steile kraterwanden vol bloemen en bomen, en het dorpje met dezelfde naam. We wandelen rond een van de meren en over de kraterrand, met prachtig zicht op de krater aan de ene kant en op kustdorpjes en de zee aan de andere kant. De afdaling brengt ons naar Mosteiros.

In het dal van Furnas ligt het gelijknamige dorp met een stomende en borrelende collectie warm- en heetwaterbronnen, geisers, solfataren en fumarolen waar je, met de nodige voorzichtigheid, tussendoor kan wandelen terwijl je neus af en toe 'gestreeld' wordt door een vleug zwaveldamp. Wandelen doen we naar het idyllische meer van Furnas. We bezoeken ook de botanische tuin (Parque Terra Nostra) met een schitterende collectie eeuwenoude bomen. De liefhebbers kunnen er gaan baden in het thermisch zwembad met zalig warm vulkanisch water.

We maken in de voormiddag nog een laatste wandeling en nemen dan afscheid van São Miguel.

Namiddagvlucht naar São Jorge, het groenste eiland en een waar wandelparadijs. Ons hotel is gelegen in het sympathieke hoofdplaatsje Velas met mooie kerk en stadhuis, de oude stadspoort aan de haven, de resten van het oude fort.

Het eiland São Jorge wordt gekenmerkt door steile, tot 500 m hoge kusten. Kleine basaltplatformen ('fajãs') bevinden zich aan de basis van deze kliffen. De weinige huizen die op deze vruchtbare platformen staan, waren vroeger slechts langs steile ezelspaden te bereiken. De mooiste wandelingen op São Jorge zijn ongetwijfeld de afdalingen naar de 'fajãs', met adembenemende zichten op de steile kust.

indien de tijd het nog toelaat, kunnen we nog wat rondwandelen in Velas.

De wandeling die we vandaag ondernemen geeft een mooi (en fotogeniek) beeld van het contrast tussen de hoger gelegen weiden en de kustdorpjes. Eerst kunnen er nog wat mistflarden hangen, maar naarmate we afdalen af naar Fajã da Caldeira do Santo Cristo (langs hortensia’s, voor de liefhebbers!), wordt het tropisch. We wandelen verder langs de kust naar Fajã dos Cubres. Onderweg is er zwemmogelijkheid in een stroom met waterval.

We vertrekken aan het kerkje van Fajã dos Vimes en volgen het kustpad dat slingerend langs de hellingen leidt. Tijdens het eerste deel van de wandeling wordt er sterk en lang gestegen. Daarna dalen we doorheen dichte, wilde begroeiing en langs watervallen af naar Loural, waar het landschap verandert en vanwaar we door een gecultiveerd gebied, rijk aan tuinen, tot Fajã de São João wandelen. Hier wacht een terrasje en kunnen we zwemmen in zee. Deze wandeling kan ook in omgekeerde richting ondernomen worden.

Met de ferry varen we naar het eiland Pico, dat ruig en een stuk minder toeristisch is. Alle aandacht hier gaat naar de vulkaan Pico, die met zijn 2351 m de hoogste berg van de Azoren én van Portugal is en quasi rechtstreeks uit de zee oprijst. Ons hotel is gelegen in havenstadje Madalena.

Een mooie kustwandeling voert ons langs wijngaarden (met de typische 'verdelho'-wijndruiven) en naar St. Luzia, met zicht op São Jorge en op de Pico.

Deze namiddag kan je kiezen om niet te wandelen, maar per zodiak-boot walvissen en dolfijnen te gaan spotten. (Tot in de jaren 1980 werd er van op Pico op walvissen gejaagd, maar gelukkig is de harpoen voorgoed opgeborgen en ingeruild voor de camera.) De excursie start om 15 u. en neemt 3 u. in beslag. Graag bij inschrijving vermelden indien je interesse hebt.

Het spotten van zeegzoogdieren (dolfijnen, walvissen, zeeleeuwen, robben...) is erg leuk en interessant en wordt steeds populairder. Het komt er dus op aan om deze ontmoeting tussen mens en dier op een manier te laten verlopen die voor alle betrokkenen duurzaam is op lange termijn. Wij werken enkel met bedrijven waarvan wij denken dat ze een goeie kijk hebben op het zeezoogdierentoerisme, dus zowel op het sociaal-economische vlak als op het vlak van klantveiligheid, respect voor het milieu in het algemeen en het welzijn van de dieren in het bijzonder.

De liefhebbers van een stevige tocht - meer bepaald naar de top van de Pico - komen vandaag helemaal aan hun trekken. Per taxi rijden we tot op zo'n 1200 m, om vervolgens te voet en onder begeleiding van een lokale gids, de beklimming naar de kratertop aan te vatten. Geleidelijk ontplooit zich het grandioze eilandenpanorama. We dalen langs dezelfde weg terug af tot bij de taxi's.

Voor wie niet meewandelt naar de top, zijn er voldoende wandelalternatieven. Je kan vandaag ook de walvisexcursie doen (zie dag 8) of een dagje relaxen bij het hotelzwembad of aan zee.

We vliegen naar Flores, het meest westelijke eiland van de Azoren. 'Flores' betekent 'bloemen' en het heeft zijn naam echt wel verdiend: het is heel groen en ongerept, telt prachtige kratermeren en baadt in een ware wilde planten- en bloemenweelde. Het eiland is bovendien de rust zelf.

We logeren in een hotel in hoofdplaats Santa Cruz. Als de tijd het toelaat, maken we nog een wandelingetje naar Fajã de Lopo Vaz of van Ponta Ruiva naar de baai van Alagoa.

Deze wandeling zou wel eens de mooiste van de hele reis kunnen zijn. Het is een kustwandeling, met heel veel hortensiastruiken langs het pad, die ons van Ponta Delgada naar Fajã Grande brengt, met aan het einde een stevige afdaling. Hier bevindt zich de enige officiële badplaats van Flores, een lang kiezelstrand aan de voet van gigantische kliffen met watervallen. We kunnen hier uiteraard gaan baden.

Deze wandeling kan ook in omgekeerde richting worden gedaan, waarbij er dan een stevige klim is in het begin.

Vandaag is een optionele uitstap (met de hele groep) naar Corvo mogelijk. Corvo is het kleinste van de Azoren-eilanden, een 'groene druppel in de blauwe Oceaan'. De mooiste wandeling die je er kan ondernemen is die naar de krater en de afdaling erin.

We vliegen terug naar Faial, waarvan het binnenland schaars bewoond is; enkel langs de glooiende kusthellingen liggen wat bekoorlijke dorpjes genesteld in groene valleien. We logeren in de levendige hoofdstad Horta, dat eeuwenlang een belangrijke tussenstop was voor schepen op weg naar Amerika en waar zich in de 15de eeuw een grote groep Vlaamse kolonisten vestigden. Hier maken we dan ook een mooie stadswandeling.

Vandaag hebben we enkele opties:

• Per lijnbus of taxi rijden we naar Capelinhos, een brok woest land die op de uiterste westpunt van het eiland ontstond door een vulkaanuitbarsting in 1957-'58. Het bezoek aan het museum wordt meestal zeer goed bevonden. Na het museumbezoek maken we een wandeling, al dan niet met een zwempartij in de 'piscinas naturais' in Varadouro.
• Wandeling rond de 1000 m hoge 'caldeira' van Faial, met uitzicht op de kraterkom, het hele eiland en het naburige eiland Pico.
• Wandeling door een bloemenlandschap van hortensia's en wilde roosjes: via de Vale dos Flamengos (de Vallei van de Vlamingen) naar het dorp Flamengos. Terug naar Horta wandelen of rijden.
• Vanuit Horta is er ook mogelijkheid om een walvisexcursie te doen, in groep of individueel.

Transfer naar de luchthaven van Horta en terugreis naar Brussel.