Albanië

Heenreis van Brussel naar Tirana.

Transfer (ca. 2u15) naar de baai van Vlore. We doen de eerste indrukken op van een land dat tot voor kort nog maar weinig bekend was in de rest van Europa, maar gestaag aan populariteit wint.

Start van de wandeling, eerst langs kleine baaien, dan landinwaarts klimt het bergpad naar de Llogara-pas. Eenmaal boven wacht ons een panorama over de Albanese Riviera. Op heldere dagen reikt het uitzicht tot aan het Griekse eiland Korfoe. Een steil en rotsachtig herderspad leidt ons verder langs zwarte dennen, geteisterd door de sterke winden, naar een mooi uitkijkpunt: de twee hoogste toppen van het Keraunisch gebergte die 2000 m diep de Ionische Zee induiken. Terug bij het startpunt, is er gelegenheid om te proeven van een lokale delicatesse.

We wandelen verder tot op zeeniveau, door stenen dorpjes die tegen de steile berghelling zijn aangebouwd, naar het centraal gelegen kustplaatsje Himare, met zijn 2500 inwoners onze uitvalsbasis voor de komende 4 nachten. We logeren er in een kleinschalig hotel aan het strand.

5 km | 500 m stijgen en dalen

Een korte rit, waarvan de helft op een hobbelig pad door olijfboomgaarden, brengt ons naar het achterland naar het dorp Kudhes, met zijn steile straatjes en cafeetjes waar een tasje sterke Turkse koffie misschien tot de mogelijkheden behoort. Het pad leidt het dorp uit, langs felgekleurde oleanders en over terrassen naar een pas met een prachtig uitzicht op het naburige dorp Qeparo. Hier, op een klif hoog boven de zee, lijkt de tijd te zijn stilgevallen. In een schaduwrijke taverne genieten we van een lichte lunch, daarna wandelen we terug richting zee.

10 km | 450 m stijgen en dalen

Op de terugweg naar Himare stoppen we in Porto Palermo en bezoeken er de vesting van Ali Pasha, een beroemd en berucht figuur in de Albanese geschiedenis.

We rijden richting Lukova. Onderweg zien we de troosteloze gebouwen en magazijnen die herinneren aan de communistische dictatuur van Enver Hoxha. Dwangarbeiders hebben hier tientallen jaren lang moerassen gedregd, terrassen en irrigatiekanalen aangelegd en zowat 650.000 olijf- en citrusbomen geplant.

Onze wandeling volgt het pad van de gevangenen door schaduwrijke olijfgaarden en glooiende heuvels om zo de zee te bereiken. Ook vandaag is olijfolieproductie een van de belangrijkste bronnen van inkomsten voor deze regio.

12,5 km | 325 m stijgen | 550 m dalen

Via Porto Palermo en Qeparo bereiken we de brede baai van Borsh. Vanaf hier voert de kustweg de hoogte in naar de dorpen Piqeras en Lukove. In het dorpje Sasaj beginnen we te wandelen over herderspaden en over de bergkam en kijken we uit over de dorpen en de zee. Onderweg ontmoeten we herders die ons wat vertellen over de cultuur van de Labeats, een semi-nomadische stam die hier leefde langs de kust. Afhankelijk de zin van de groep, kunnen we verder wandelen naar een hoger punt op de bergkam, met een wondermooi zicht over de regio.

6 km | 575 m stijgen | 525 m dalen

We wandelen boven de Vuno-kloof via mooie uitzichtpunten naar het afgelegen strand van Gjipe. We zien hier ook de beruchte bunkers liggen die stammen uit het Hoxha-regime en die er uitzien als reusachtige betonnen paddenstoelen.

Vervolgens bezoeken we aan de voet van Llogara-pas het dorp Dhermi en vandaar trekken we de hoogte in voor een bezoekje aan het orthodoxe Panagia-klooster. We kijken neer op het dorp met zijn terracotta tegeldaken, witgekalkte huizen en perfecte ligging tussen de bergen en de zee.

8 km | 250 m stijgen | 350 m dalen

Transfer naar en overnachting in een goed hotel in Llogara.

Onze laatste wandeling vertrekt bij het hotel en voert ons naar het Karaburun-schiereiland, dat de Ionische Zee scheidt van de Adriatische Zee. Vanaf het hoogste punt op de Otranto-weg, wandelen we naar de top van de Gjipali, 1446 m hoog. We volgen verder de bergkam en dalen af door een woud waar allerlei zeldzame planten groeien.

11 km | 425 m stijgen | 625 m dalen

We rijden terug noordwaarts (ca.3 u.) naar Tirana voor de laatste overnachting.

Albanië’s moderne hoofdstad die de afgelopen 20 jaar een radicale metamorfose onderging. Je merkt er een eigenaardige mix van architecturale stijlen. Sinds de grijze communistische tijd zijn er veel nieuwe huizen gebouwd en sommige appartementsgebouwen werden zelfs bont geschilderd. De wijk Blloku, in de communistische jaren bewoond door de politieke elite, is nu een hippe buurt met winkels, café's en restaurants.

Verder bezoek aan Tirana.

Transfer naar de luchthaven voor de terugreis naar Brussel.